Soms dwalen je gedachten terug naar vroeger. Of soms, eigenlijk is vroeger de rode draad in mijn gedachten. Gebeurtenissen van weleer, maar zeker ook keuzes die gemaakt zijn. Of juist niet. Mijmeren over dingen die hádden kunnen gebeuren. Wat als..? Is er aan mij een groot voetballer verloren gegaan? Had ik na die ongetwijfeld glansrijke voetbalcarrière als trainer door kunnen breken? Ik ben uiteindelijk niet verder gekomen dan leider van Huizen 5. Al was dat wel de leukste vrijwilligersfunctie die ik voor de vereniging heb gehad.
En toen gebeurde het. Van leider van Huizen 5 werd ik -na een sabbatical van een kleine 15 jaar- ineens leider van Ajax. In de Champions League. Als je het snel zegt en er verder niet al te lang bij stilstaat lijkt het een prestatie van weleer. Iets waar je jarenlang keihard naartoe hebt gewerkt. Maar de werkelijkheid leert ons dat Ajax en de Champions League al enkele jaren niets met elkaar te maken hebben. Het moet iets anders zijn. Dat klopt.
Voor wie het niet weet: De Champions League is de op één na jongste afdeling van onze vereniging, voor jongens en meisjes van 6 en 7 jaar. Hier speelt Ajax dus nog wel Champions League en is de enige Nederlandse vertegenwoordiger. Oude tijden herleven. En dat in een competitie met onder andere Real Madrid, Barcelona, Bayern München en Chelsea. Ga er maar aanstaan. Mijn dochter werd ingedeeld bij Ajax en dit was mijn grote kans. Groot was haar trots toen bleek dat juist haar vader leider was geworden van haar team. Ikzelf was minstens zo trots. Leider van Ajax, ik kon het bijna niet geloven.
Het bleef ook lastig te geloven, want als eerste viel op dat het shirt meer leek op dat van PSV Sparta. Ik hield mezelf maar voor dat dit een eerbetoon was aan het authentieke shirt dat Ajax had, net na de oprichting in 1900. Als bevestiging stond er voor de zekerheid wel groot AJAX achterop. Ajax in de Champions League op het hoofdveld van Huizen. Voor mij viel alles samen. Het feest kon beginnen.
Ik moest nog wel even wennen aan de regels. Er wordt 4 tegen 4 gespeeld, er is geen keeper en buitenspel bestaat niet. Er wordt niet ingegóóid maar ingetrápt en scoren van eigen helft mag niet. Een rare regel, al vind ik dat na Heracles-Ajax en Helmond Sport-Roda JC van afgelopen week een heel stuk beter te begrijpen.
Toen de bal eenmaal ging rollen bleken de regels toch behoorlijk vrij te interpreteren. In de eerste plaats werd het meteen al 5 tegen 5, anders waren er te veel wissels en dan koelen de kinderen af. Daarnaast kun je als de bal uit is gewoon doorspelen, ook achter het doel langs. Je kunt roepen wat je wil, die kinderen luisteren niet. Wordt er wel een keer een intrap gegeven, dan staan alle tegenstanders op ongeveer 10 centimeter van de bal waardoor het onmogelijk wordt om de bal te spelen. En tussendoor werd 5 tegen 5 vaak 5 tegen 4 of 3, aangezien er regelmatig kinderen het veld uit lopen. Losse veters, snottebellen, een pijntje of om gewoon even gezellig naar iemand langs de kant te zwaaien. Ik was blij dat de 3 x 12 minuten erop zaten, leider zijn van Ajax is een stressvol bestaan.
In de week die volgde werd dat nog stressvoller. Uit het niets werd een speler weggekaapt en ging bij een ander team aan de slag. Er kwam niemand voor in de plaats. Het is net echt. Het was nota bene een speler die uitstekend rendeerde in mijn 0-0-5-systeem (wij hebben balbezit) of het 5-0-0-systeem (wij hebben geen balbezit). Nu kon ik weer helemaal opnieuw beginnen, terwijl mijn looplijnen er net een beetje inkwamen.
Inmiddels zitten er drie speelronden op en is er alwéér een speler verkocht. Ditmaal is het mijn eigen dochter die een bijzonder snelle overstap maakt naar de HZM, dat na de herfstvakantie een nieuw team krijgt. Nu ben ik plotseling leider van een team waar geen enkele bloedverwant deel van uitmaakt. In een tijd dat zo’n beetje alles kan worden opgevat als grensoverschrijdend gedrag zit er niets anders op dan mijn functie nu alweer ter beschikking te stellen.
Het waren drie fantastische weken.